Meditatie > Boeddhisme > Plaatjes van de os > Bhagwan over de Plaatjes
Het is onnodig en ondoenlijk tijdens de meditatie onderscheid te maken in de gedachten (wat is echt, wat onecht; wat is droom en wat werkelijkheid?) en beelden die in je opkomen. Want alles wat in het denken opkomt, is onecht. Pas wanneer je niet meer denkt, zul je helder de werkelijkheid zien. Nadenken is eindeloos - het ene raadsel roept het andere op - en brengt je alleen maar in verwarring.
Methode om het denken te ontkrachten in de meditatie: alles wat in je opkomt enkel waakzaam gadeslaan, de verschijnselen in je geest als in een droom waarnemen. "Ga naar het centrum van je geest, die slechts getuige is." Zo doende zal geleidelijk aan een diepte stilte doordringen in je ziel.
Dit vormt je om, maakt dat je de werkelijkheid anders gaat ervaren, als helemaal nieuw. Niet de werkelijkheid is veranderd, jouw waarneming is veranderd! Je bent niet meer dronken van het denken, maar waakzaam, bewust.
Bhagwan: dat kan ook niet anders, want anders zou je me niet goed begrepen hebben. Ik ben niet tegen het leven of tegen genieten; integendeel, het gaat me erom dat je intens van het leven geniet. Maar de meeste mensen dénken dat ze genieten, dat ze gelukkig zijn, terwijl ze in feite lijden.
Hoop en religie zijn twee trucs van het denken, die je helpen een ongelukkig hiernu te dragen. Maar ben je werkelijk hiernu, dan ben je gelukkig, en heb je geen geluk nodig dat ooit nog eens, in de toekomst, op je af zou komen. En, ben je werkelijk in het hiernu, dan heb je het ook niet meer nodig je ergens aan vast te klampen (bezit, overtuigingen, een ander mens, etc.).
Geluk is per definitie non-dualistisch, terwijl ellende per definitie dualistisch is: jij bent er en jouw ellende, er zit een splitsing in je, je voelt je afgescheiden van de werkelijkheid die niet volgens jouw wens is, iets is je een doorn in het oog.
Ernst is dodelijk: zodra ernst binnensluipt in je meditatie of je gebed, ben je op de verkeerde weg. Want God is ook niet ernstig, God is een kind dat vol verrukking speelt. Hij is verzot op het invoeren van nieuwigheden: elk nieuw mens is een nieuwe uiting van Zijn spel, maar ook de vogels die zingen, en de bloemen die bloeien zijn uitingen van Zijn spel.
Meditatie is nodig om ons te genezen van onze ernst, onze doodsheid, onze projecties en toekomstdromen, waardoor we niet in het hiernu zijn. Zodat je spontaan en eenvoudig gaat leven. Meditatie is er om je zó te laten genieten, dat jij verdwijnt in het genot, en ellende niet kan blijven voortbestaan. Want "jij bent de ellende. Als jij er bent, duurt de ellende voort. Waar je ook bent, schep je ogenblikkelijk een somber klimaat van ernst om je heen."
Geluk kent geen redenen of oorzaak, is volkomen onlogisch en kan niet ver-oorzaakt worden. Geluk is een levenskunst, opbloeiend uit het besef dat wij hiernu niets ontberen.
Geluk leeft niet in de tijd; ellende daarentegen wel. Ellende is altijd bezig met de toekomst: morgen zal ik het beter hebben, ik moet eerst nog allerlei voorbereidingen treffen of deze en deze (liefst "volmaakte") omstandigheden creëren om gelukkig te kunnen zijn. Maar dit is een truc van de ongelukkig geest (het denken). Het enige waar het op aan komt is te gaan zien dat je er al bent, hiernu.
Geluk is een vermogen die iedereen in zich heeft (maar meestal niet gebruikt). Je vaardigheid om gelukkig te zijn ontwikkel je door te genieten: je genieten vergroot je vermogen tot genieten, waardoor weer nieuwe mogelijkheden tot genieten ontstaan, enz.
Religie in de ware zin betekent je volledig in het leven gooien, zonder enig voorbehoud; als je dat doet, ga je vanzelf God leven en zal Hij zich op gegeven ogenblik aan je openbaren als het meest geheime centrum daarvan. Als het goed is, ga je zo op in het leven, dat je afstand doet van jezelf; jij verdwijnt en bent nu onverdeeld één met de werkelijkheid.
Helaas gaan vele godsdiensten tegen het leven in, stellen doelen die tegengesteld zijn aan het leven. Dus in feite brengen ze je niet bij God.
Dit komt omdat de vraagsteller met zijn verstand luistert. En het verstand is machteloos en laf, zegt wel dat het iets wil, maar ontbeert de wil om het in praktijk te brengen. Het verzamelt enkel kennis. Het denken is en blijft besluiteloos. Vervolgens gaat de luisteraar zich schuldig voelen, omdat hij niet in staat is te beantwoorden aan het voornemen. Luister daarom met je hele wezen, met je buik: als je zó luistert, breng je vanzelf - het kan niet anders - het gehoorde in praktijk. Luisteren moet daarom ontspannen gebeuren (denken creëert juist altijd spanning), wil het met je hele wezen gebeuren; het mag geen inspanning vergen, anders ben je ergens verkeerd bezig.
Criterium: heb je werkelijk met je hele wezen geluisterd, dan breng je vanzelf het gehoorde in praktijk, en zul je ook geen schuldgevoelens voelen.
Dit is wederom een door het denken geschapen onderscheid en probleem. Het denken spint er garen bij wanneer jij in verwarring verkeert, en zal daarom voortdurend problemen blijven scheppen.
In de praktijk kun je het verschil tussen lekkende en overstromende energie duidelijk voelen: de eerst put je uit, terwijl de tweede maar niet kan stoppen met nog meer van zichzelf uit te delen, zonder daarvan moe te worden.
Een voorbeeld is ook de sexualiteit: als die vanuit gewoonte of om bepaalde redenen gebeurt, laat het je toch onbevredigd achter; doe je het vanuit liefde, dan is er enkel overstromende energie in je, waarvan jij het voertuig wordt. Dit is een diep-religieuze ervaring. En daar wordt je achteraf niet moe of ontevreden van; integendeel, je wordt er sterker van en krijgt meer energie.
Energie lekken wordt veroorzaakt door het denken, wijst op een verkeerde denkhouding.
Een religieus iemand is iemand die altijd aan het overstromen is, ongeacht de omstandigheden. Deze mens begroet zelfs de dood op orgastische wijze: als een mysterieus en duister aangezicht van God, dat heel wonderlijk is om te ervaren. Voorbeeld Socrates en gifbeker.
Grondregel: hoe meer je overstroomt, hoe meer wordt je gegeven. Het is als een put waaruit water geput wordt: hoe meer water er omhoog gehaald wordt, hoe meer nieuw water er in de put kan vloeien. Maar wordt er nooit geput, geen nieuwe bronnen aangeboord, dan wordt het water muf en sterft af.
Wie gierig is met zijn vermogens, niet wil delen, zal altijd last hebben van energie-lekkage.
Wie niet kan zwijgen kan ook niet spreken.
- Anthony de Mello -
Chödrön, Pema: Gerust in onzekerheid
108 Spirituele leringen
Dit is één van de mooiste en meest inspirerende boeken die ik ooit gelezen heb. In 108 hoofdstukjes - die meestal niet meer dan 2 à 3
Meer...
WaalWeb Internetproducties
Zinrijk Webtechniek
© 2006-7