Inspiratie > Poëzie > Gedichten > Henriette Roland Holst
XII
Te loopen in het jonge lentelicht,
dat nu elken dag langer openbloeit, -
naar de steilte te heffen het gezicht,
daarheen waar hoog, eenzaam een vogel roeit,
of maar naar den top van den populier,
waarin de merel zijn avondlied zingt, -
lied, waar al het geluksverlange' in klinkt,
dat nu rumoert door mensch en dier, -
zoo te loopen, vaak vol bekommering
over de wereld, het duistre gebeur
in haar; kleine, nietige enkeling
vol zwakheid en vol twijfel en getreur,
en dan op eens, vol moed weer en vol drang
te helpe' en ook nog soms, vol lentezang.
Waar geen afgunst is, heerst eendracht in verscheidenheid.
- Aurelius Augustinus -
Grün, Anselm en Dufner, Meinrad: Spiritualiteit van beneden
De bekende Benedictijner monnik Anselm Grün schreef een prachtig boek over hedendaagse spiritualiteit, niet als het nastreven van onhaalbare hoge idealen
Meer...
WaalWeb Internetproducties
Zinrijk Webtechniek
© 2006-7